2 eetlepels zonnebloemolie 1 ui, gepeld en kleingesneden 1 prei, schoongemaakt en in ringen ge; sneden 3 worteltjes, in plakjes gesneden 750 g riblappen 3 takjes peterselie 1 laurierblad mespunt nootmuskaat mespunt marjolein zout zwarte peper uit de molen 35 g boter 35 g bloem 2 eetlepels rode-wijnazijn 1 eetlepel kappertjes Verhit de olie in een pan en fruit hierin de ui, de prei en de worteltjes circa 3 minuten. Voeg er 1 liter water, de riblappen, de peterselie, het laurierblad, de marjolein en wat zout en peper aan toe. Breng het geheel aan de kook. Temper de hittebron, leg het deksel op de pan en laat het vlees circa 2 uur zachtjes stoven tot het gaar is. Haal het vlees uit de pan, snijd het in dikke plakken, leg ze op een schaal en houd ze warm. Zeef het stoofvocht en meet er ½ liter van af. Smelt de boter in een pan en roer er de bloem door. Voeg er voortdurend roerend met scheutjes tegelijk het stoofvocht aan toe tot een gebonden saus is ontstaan. Roer de azijn en de kappertjes door de saus en breng hem op smaak met wat zout en peper. Laat de saus circa 5 minuten zachtjes koken. Schenk de saus over het vlees.