Pel de ui en snipper hem fijn Smelt een nootje boter en fruit er de uisnippers goudgeel in Voeg er vervolgens de witte wijn, het citroensap, 2,5 dl water en wat zout aan toe Breng dit aan de kook en pocheer er de kabeljauw ca. 4 minuten in Giet het kookvocht tenslotte door een zeef en houd het apart Snijd de kabeljauw in kleine stukjes Smeer een ovenschotel in met boter en schik er de stukjes kabeljauw, de garnalen en de mosselen in Maak dan een saus van 50 g boter, de bloem en 5 dl visvocht Klop de eierdooier los met de room, schep er wat warme saus bij en giet dit eiermengsel bij de rest van de saus Laat nog even warmen en giet de saus vervolgens over de vis Snijd de kaas in blokjes en verdeel deze over de saus Plaats de schotel in een voorverwarmde oven van 200 graden tot de kaas begint te kleuren Versier met een takje dille en serveer eventueel met krielaardappeltjes