1 Verwarm de melk in een steelpan tot lauwwarm. Schenk 100 ml melk bij de gist en de suiker in een schaaltje. Laat 5 min. staan tot het begint te schuimen. Doe de bloem in een kom en maak een kuiltje. Zo verminder je de kans op klontjes in het beslag. Schenk het gistmengsel, de rest van de melk, het ei en 1 mespunt zout erin. Klop met een garde tot een glad beslag. Snijd de tomaten in reepjes. Doe ze met de kaas, ham en 2/3 van de bieslook in een schaal. Voeg 1 el bloem toe en schep om. Schep de vulling luchtig door het beslag. Dek de mengkom af en laat op een warme plaats 1 uur rijzen.
2 Verhit de olie tot 180 °C. Gebruik een keukenthermometer om de temperatuur te bepalen of test de temperatuur aan de hand van een stukje brood. Laat een stukje brood in de olie vallen. Gaat het direct bruisen, dan is de olie op temperatuur. Zakt het stukje brood naar de bodem, dan is de olie nog niet heet genoeg. Wordt het stukje brood meteen donkerbruin, dan is de olie te heet. Doop 2 eetlepels kort in de hete olie. Schep met de lepels ronde hoopjes beslag en laat het beslag voorzichtig in de olie laat zakken. Keer ze met een schuimspaan zodra een zijde gerezen en goudbruin is. Als u de oliebollen goed bakt, draaien ze bijna vanzelf om. U gebruikt de schuimspaan om de oliebollen het laatste zetje te geven. Neem uit de pan en laat uitlekken op keukenpapier. Garneer met de rest van de bieslook.