Cheesecake met frambozen en bramen

Bereiding

Bekleed bodem en zijkanten van de vorm met bakpapier. Verkruimel de koekjes grof en roer de kruimels en de vloeibare margarine door elkaar en verdeel het mengsel over de bodem van de springvorm. Druk het aan en zet de vorm in de koelkast. Week de gelatine volgens de gebruiksaanwijzing. Pers de citroen uit. Klop de roomkaas en 100 g basterdsuiker door elkaar. Klop de slagroom stijf. Verhit de helft van het citroensap. Knijp 3 blaadjes gelatine goed uit. Haal de pan van het vuur, los de gelatine op in het hete sap en roer dit door het roomkaasmengsel. Schep de slagroom erdoor. Verdeel het roomkaasmengsel over de koekjesbodem. Stamp een keer met de vorm op het aanrecht zodat het mengsel mooi glad wordt aan de bovenkant. Zet de vorm in de koelkast. Pureer de helft van de frambozen en bramen in een keukenmachine of met een staafmixer. Wrijf de vruchtenpuree door een zeef. Roer de rest van de basterdsuiker erdoor. Verhit de rest van het citroensap. Knijp de andere 2 gelatineblaadjes goed uit. Haal de pan van het vuur, los de gelatine op in het hete sap en roer dit door de vruchtenmoes. Verdeel de moes voorzichtig over de roomkaas. Zet de vorm in de koelkast en laat de taart in ca. 3 uur opstijven. Haal de rand van de springvorm en de bakpapieren rand van de taart. Garneer hem met de rest van de frambozen en bramen en leg er een paar takjes mun