De bodemMeng de bloem, boter, suiker en citroenrasp met de vingertoppen tot kruimeldeeg. Voeg het ei toe, kneed het deeg tot een bal en druk deze plat. Laat de deegbal in huishoudfolie ca. 1 uur rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 180°C. Bestuif het aanrecht met bloem en rol een deegplak van ca. 4 mm dikte. Snij 6 rondjes van 10 cm uit het deeg. Bekleed de taartvormpjes met de deegrondjes en prik gaatjes in de bodem. Om de bodem goed gaar te krijgen is het zaak deze voor te bakken. Dit doe je met een zogeheten blinde vulling. Dan kan het deeg niet te veel rijzen: bekleed het deeg met stukjes aluminiumfolie en vul de vormpjes met de blinde vulling. Vervolgens in ca. 20 minuten gaar bakken en buiten de oven ca. 10 minuten laten afkoelen alvorens de blinde vulling en de folie te verwijderen. De vullingRasp de schil van 3 citroenen en pers de vruchten uit. Breng in een pan het sap, de rasp en de suiker aan de kook. Los de maïzena op in 3 el koud water en roer dit door het citroenmengsel tot een gebonden saus. Roer de dooiers er snel met een garde doorheen. Breng de saus aan de kook, haal de pan van het vuur en roer de boter erdoor. Lemoncurd verdelen over taartvormpjes en laten afkoelen.
6 
60 min -
