1 Schil de aardappelen en kook ze gaar. Laat goed uitlekken. Pureer ze met de komijn, een flinke snuf zout en peper naar smaak en laat ze afkoelen.
2 Kluts in een kom het ei en zeef het bakmeel erboven. Roer de melk beetje bij beetje door het mengsel zodat er een beslag ontstaat.
3 Voeg de zachte geitenkaas en de afgekoelde aardappelen toe. Het beslag moet iets dikker zijn dan pannenkoekenbeslag, maar nog steeds goed schenkbaar zijn.
4 Doe het beslag in een spuitfles. Verhit de poffertjespan op middelhoog vuur en smeer de kuiltjes in met een beetje boter of olie. Vul de kuiltjes met het beslag.