2 Haal de stukken konijn door de bloem en bak ze bruin in een pan met olie. Leg ze in een ovenschaal. Giet het vet uit de pan en bak de gesnipperde sjalotjes in het aanbaksel. Doe ze bij het konijn met de tijm, jeneverbessen, kruidnagel en laurier.
3 Deglaceer de pan met het bier en laat even opkoken. Giet over het konijn. Voeg de fond, tomatenpuree en peperkorrels toe. Dek de ovenschaal af en laat het konijn 1 uur 20 minuten garen in de oven, tot het vlees zacht is en van het been loskomt.
4 Zeef het braadvocht en voeg de room en de mosterd toe. Snij de champignons in plakjes en bak ze op met het spek. Doe ze bij de saus. Bak de zilveruitjes op hoog vuur in een flinke klont boter en bestrooi met suiker. Laat karamelliseren en voeg toe aan de saus. Serveer het konijn met de saus en met rozemarijnaardappeltjes.