1 Snij de ui, de chilipepers en de knoflook fijn. Rasp de gember. Snij de ananas in blokjes en de tomaten in partjes.
2 Verhit wat olie in een pan en fruit er de ui en de knoflook in aan. Voeg er de chili en de gember aan toe en bak even mee.
3 Doe er de kokosmelk bij en breng aan de kook.
4 Haal de pan van het vuur en mix de saus. Voeg er de saffraan, kardemom, kaneel, kurkuma en kerrie aan toe. Breng weer aan de kook.
5 Leg de kipfilets in de saus en laat ongeveer 12 minuten pruttelen tot ze bijna gaar zijn. Voeg er dan de ananas en de tomaat aan toe.
6 Haal de pan van het vuur en roer het amandelpoeder door de saus.
7 Meng alle ingrediënten voor het beignetbeslag en laat even staan. Snij de bakbananen in stukken van zo’n 5 cm. Haal ze door het beignetbeslag en bak ze goudgeel in hete frituurolie. Wentel door kokospoeder.
8 Mix alle ingrediënten, de pepers, citroensap, olijfolie, gember en zout, voor de pilipili-saus.
9 Snij de kipfi lets in plakjes. Serveer ze met de kokossaus en met gebakken banaan. Lekker met witte rijst en de pilipili-saus.