1 Kneed alle ingrediënten voor het deeg (bloem, 70 g suiker, zout, 1 eidooier, 140 g boter) kort door elkaar. verdeel het in 8 stukken en rol ze uit op een met bloem bestoven werkvlak. Leg ze in 8 ingevette taartvormpjes van 8 cm diameter en sla de rand een beetje naar binnen. Zet 30 minuten in de koelkast.
2 Verwarm de oven voor op 180°C.
3 Laat voor het krokantje de suiker smelten op middelhoog vuur. Roer er, zodra de suiker begint te karamelliseren, het amandelpoeder door en laat lichtbruin kleuren. Roer er de citroenschil door. Strijk het mengsel dun uit op een bakplaat met bakpapier en laat afkoelen.