1 Snij de ui en de knoflook fijn. Snij de bacon in blokjes. Kook en pureer de aardappelen. Snij de sjalotten fijn. Snij de groene selder in fijne blokjes.
2 Haal de konijnenbouten door de bloem (op smaak gebracht met peper, zout en nootmuskaat) en bak ze rondom bruin in de boter. Haal de bouten uit de pan en leg ze in een ruime braadpan.
3 Kleur de ui met de bacon en de knoflook in de pan waarin de konijnenbouten gebraden zijn. Kruid met peper (geen zout, want de bacon is al zout genoeg). Doe dit in de pan bij het konijn.
4 Deglaceer de pan waarin het konijn en de ui gebakken zijn met het bier en de bouillon. Giet het bierbouillonmengsel over het konijn. Voeg er eventueel nog een beetje water aan toe en laat 50 minuten sudderen op een zacht vuur.
5 Maak intussen de stoemp. Stoof de selder en de sjalotjes aan in een pan met boter. Breng op smaak met peper, zout en nootmuskaat. Voeg er de room aan toe en laat 3 tot 5 minutenpruttelen. Roer de groenten door de gepureerde aardappelen en warm de puree weer op.
6 Haal het konijn uit de braadpan. Roer 1 el bloem door 1 el zachte boter en roer dit met 2 el mosterd door de saus om ze te binden. Serveer met de stoemp.
Konijnenbouten op z’n Brussels is een recept van Libelle Lekker