1 Verwarm de oven voor op 220° C. Schil de aardappelen en snij ze in plakjes van 1 mm dik (dat gaat het makkelijkst met een mandoline). Rasp de parmezaan. Pluk de blaadjes van de tijm.
2 Vet een springvorm van 20 cm diameter in met 1 el boter. Smelt de rest van de boter.
3 Beleg de bodem van de vorm met plakjes aardappel; laat ze mooi overlappen. Besprenkel met wat gesmolten boter, bestrooi met tijm en parmezaan en kruid met peper en zout. Leg er weer een laagje aardappel op, doe er weer boter, tijm en parmezaan op en werk zo verder tot alle aardappelplakjes opgebruikt.
4 Overgiet met de rest van de gesmolten boter en zet de taart 40 minuten in de oven. Druk de bovenkant tijdens het bakken een paar keer aan.
5 Ontvorm de taart en snij ze in punten. Lekker bij een stukje varkensgebraad.