1 Verwarm de oven voor op stand 6 (180° C). Beboter 1 soufflévorm van 17 cm diameter en bestuif met suiker. Breek de macarons in brokjes. Scheid de eiwitten van de dooiers.
2 Breng in een kookpan met een dikke bodem de melk aan de kook samen met 60 g suiker en de vanille. Klop 4 eidooiers op met de rest van de suiker tot je een bleek schuim verkrijgt. Blijf kloppen en voeg de bloem, het zetmeel en vervolgens, beetje bij beetje, de kokende melk toe. Giet over in de kookpan.
3 Blijf voortdurend roeren en laat 5 min. indikken op een zacht vuur. Laat afkoelen. Roer hier 3/4 van de macarons onder. Klop de 6 eiwitten op tot sneeuw met een snuifje zout. Meng ze voorzichtig onder de bereiding. Giet het mengsel in de vorm tot op 3/4 van de hoogte.
4 Laat 20 min. bakken in een warme oven: de soufflé moet goed opgezwollen en goudbruin zijn. Bestuif met bloemsuiker en bestrooi met de resterende brokjes macaron. Dien meteen op.