Evermedaillons, gegratineerde selder met appelen en feta

Ingrediënten

Bereiding

• 1 Voor de gratin: schil de selder en snijd hem in blokjes. Giet de selder in een steelpan met melk, muskaat, peper en zout. Breng aan de kook, zet halfweg het deksel op de pan en laat gedurende 10 minuten op een matig vuur sudderen.
• 2 Schil de appelen, maak ze schoon en snijd ze in blokjes. Voeg ze toe aan de selder en laat het geheel nog 10 minuten op een zacht vuur koken. Laat uitlekken en maak het geheel tot een fijne puree met een beetje kookvocht.
• 3 Giet in een beboterde gratineerschotel en bestrooi met kruimels feta. Laat gedurende 5 minuten bruin bakken in een hete oven, th. 7 (210° C).
• 4 Voor de medaillons : laat de evermedaillons gedurende 5 minuten aan elke kant bruin bakken in 50 g hete boter. Leg ze opzij. Schil, was en snijd de appelen in dikke schijfjes. Bestrooi ze met paprika en spreid ze uit op een gratineerschotel. Overgiet ze met de rest van de gesmolten boter en laat ze gedurende 3 minuten aan elke kant in een warme oven bruin bakken, th. 6 (180° C).
• 5 Blus de bakbodem met de pepersaus en voeg daarna de rodebessengelei toe.
• 6 Schil, was en snijd de appelen in dikke schijfjes. Bestrooi ze met paprika en spreid ze uit op een gratineerschotel. Overgiet ze met de rest van de gesmolten boter en laat ze gedurende 3 minuten aan elke kant in een warme oven bruin bakken, th. 6 (180° C).
• 7 Dien de met saus overgoten evermedaillons samen met de appelen en de gegratineerde selder op.