1 Verwijder het vel van de makreel. Snijd de makreel in dunne reepjes en hak het visvlees fijn. Roer in een kom de makreel met de mayonaise, de mierikswortel, de bieslook en het citroensap door elkaar. Breng op smaak met zout en peper.
2 Snijd de paksoistelen van het groene blad. Snijd de stelen in blokjes van ½ cm bij ½ cm en roer ze door de makreel.
3 Leg de groene bladeren met de mooie kant op het werkblad, snijd eventueel nog het verdikte stukje van de steel eraf. Schep een paar eetlepels van de makreelspread erop en rol het blad er strak omheen.
4 Snijd de rolletjes met een scherp mes schuin doormidden en leg ze op een mooie schaal.