1 Kneed in de keukenmachine of met de mixer van 275 g bloem, 1 ei, de basterdsuiker, de melk, de gist en een snufje zout een soepel deeg. Laat het deeg afgedekt ca. 45 min. rijzen.
2 Verwarm de oven voor tot 200 °C. Verdeel het deeg in 6 porties. Rol elke portie deeg uit tot een lap van ø 18 cm. Leg het deeg losjes in de vormpjes, druk het goed in de hoeken en laat ca. 5 min. rusten.
3 Meng ondertussen in de keukenmachine of met de mixer van de resterende bloem, de boter en de suiker een kruimelig mengsel. Bereid de banketbakkersroom volgens de aanwijzingen op de verpakking met 700 ml water en de laatste eieren.
4 Verwijder het overtollige deeg door met de deegroller over de rand van de vormpjes te rollen. Vul de deegbodems met de banketbakkersroom. Strooi de kruimels erover. Bak de vlaaitjes in de voorverwarmde oven in ca. 20 min. goudbruin en gaar.