Ribkarbonade met saus, aardappelen en Hollandse sla

Ingrediënten

Bereiding

• 1 Snijd de aardappelen in gelijke stukken en spoel ze onder stromend koud water af. Breng de aardappelen aan de kook met zo veel water dat ze net bedekt zijn en voeg een flinke snuf zout toe. Draai het vuur lager en houd het water tegen de kook aan. Kook de aardappelen in 15-20 min. gaar, tot de punt van een scherp mes makkelijk door het kruim glijdt.
• 2 Verhit intussen in een koekenpan de olie. Bestrooi de karbonades met de kerrie, peper en zout naar smaak. Bak het vlees op matig vuur in 10 min. goudbruin en gaar. Keer de karbonades halverwege.
• 3 Snijd intussen het groene loof van de bos radijs. Was de radijsjes en snijd in plakjes. Haal de bladeren van de stronk van de kropsla en scheur ze grof. Was en droog de sla goed in een schone theedoek of slacentrifuge. Verdeel de sla met de tomaten en de radijs over een schaal. Schenk er de slasaus over, hussel kort en bestrooi met de bosuitjes en peper naar smaak.
• 4 Neem het vlees uit de pan en houd onder een deksel warm. Roer de honing door het bakvet. Schenk de kookroom erbij en verwarm 2 min. tot een lichtgebonden saus. Voeg de mosterd toe en verwarm de saus nog 1 min. Leg de karbonades terug in de saus.
• 5 Giet de aardappelen af. Zet de pan terug op laag vuur en stoom de aardappelen in 30 sec. droog. Voeg de boter in vlokjes toe en schud de aardappelen om.
• 6 Verdeel de karbonades met de saus en de aardappelen over 4 borden. Serveer met de sla.