1 Verwarm het water tot handwarm en los de gist erin op. Maak een kuiltje in de bloem en verdeel het zout over de rand. Schenk het gistmengsel in het kuiltje en kneed er beetje bij beetje de bloem door. Kneed tot een soepel deeg. Voeg een beetje extra water toe als het deeg te droog is. Laat het deeg in een kom, bestoven met bloem en afgedekt met plasticfolie, circa 1 uur rijzen.
2 Verwarm de oven voor op 175 C. Rooster de walnoten en de hazelnoten circa 8 minuten. Schep de roomkaas in een spuitzak. Rol een stukje deeg ter grootte van een pingpongbal plat. Vul het stukje deeg met roomkaas en chocoladedruppels en vouw dicht. Herhaal dit tot het deeg op is. Meng de suiker en het kaneelpoeder. Rol de deegballetjes erdoor. Verwarm de boter en de lichtbruine suiker en roer tot een egale massa.
3 Vet de vorm in. Hak de walnoten en hazelnoten fijn en verdeel 2 eetlepels in de tulband. Vul op met een laag deegbolletjes. Verdeel botersaus en de rest van de noten op de deegbollen. Ga zo door tot de deegballetjes op zijn. Laat nog 30 minuten narijzen en bak het monkeybread in circa 35 minuten goudbruin.