1 Verwarm de oven voor op 200 °C. Stort de ricotta op een met bakpapier beklede bakplaat. Bak ca. 25 min. tot de kaas begint te kleuren. Kook ondertussen de eieren in 8 min. hard. Laat schrikken onder stromend koud water, pel ze en snijd in plakjes.
2 Snijd ondertussen de kapjes van de ciabatta’s en snijd beide broden in 12 plakjes. Leg ze voorzichtig naast de ricotta op de bakplaat, besprenkel met 4 el olie en bak 8 min. mee in de oven.
3 Verhit ondertussen 1 el olie in een wok. Pers de knoflook boven de wok en voeg de spinazie in delen toe. Laat al roerbakkend slinken en schep de spinazie in een zeef. Duw er met de bolle kant van een lepel zo veel mogelijk vocht uit.
4 Doe de garnalen en pesto in een kom en schep om. Boen de sinaasappel schoon en rasp de oranje schil van de vrucht erboven en schep erdoor.
5 Neem de bruschette uit de oven en laat even afkoelen. Halveer de knoflook en wrijf met de snijkant over alle bruschette. Verdeel de spinazie over 1/3 van de bruschette. Breek de ricotta in stukjes en leg erop. Bestrooi met peper. Bestrijk 1/3 van de bruschette met truffeltapenade, beleg met een 1⁄2 plakje mortadella en verdeel het ei erover. Verdeel de pestogarnalen over de rest van de bruschette. Scheur de basilicumblaadjes in stukjes en verdeel over de garnalenbruschette.