1 Kook de aardappelen, de knolselder en de spruitjes beetgaar. Pureer ze met de room tot een stoemp en breng op smaak met peper en zout. Bestrooi de patrijzen met peper en zout en bak ze aan alle kanten aan in wat hete olijfolie en boter. Zet de pan in een voorverwarmde oven op 170°C en laat de patrijzen 15 min garen. Been de patrijzen uit, hou de filets apart en bak de billen en de pootjes nog even verder. Neem ze uit de pan. Maak de oesterzwammen schoon, snij ze in stukjes en bak ze kort in het bakvet van de patrijzen. Neem ze uit de pan en blus met de cognac en de kalfsfond. Laat de saus tot de helft inkoken. Meng de fijngehakte truffel door de boter. Monteer de cognacsaus met de truffelboter. Schik de patrijs op borden. Lepel de oesterzwammen en de stoemp ernaast. Werk af met de truffelsaus.