Bereiding

1 Spoel de kabeljauwfilets en dep droog, kruiden met pezo.
2 Draai ze in de bloem en tik de overtollige bloem af.
3 Verhit 2 el solo in een anti-kleefpan en bak de filets langs elke kant gedurende een zestal minuten.
4 Als de filets gaar zijn, leggen wij ze in een ovenschaal en houden ze warm in een lauwe oven.
5 Rits de dragonblaadjes van de takjes en hak grof.
6 De pan die we voor de vis hebben gebruikt mag opnieuw op het fornuis, en we gieten er de room bij.
7 Doe de helft van de gehakte dragon bij de room, en laat een 10 tal minuten zachtjes inkoken.
8 Als de saus lichtjes is gebonden mag de pan van het vuur.
9 Werk de saus af met een eetlepel mosterd en de tweede helft van de dragonblaadjes, afkruiden met pezo. 1
0 Om een mooie gladde saus te bekomen smelten wij nog een klontje hoeveboter in de saus.1
1 Leg de filets op warme borden, nappeer met de saus en dien op met gekookte aardappelen.