1 Kook de rijst beetgaar. Bak de kip mooi bruin op matig vuur in wat olijfolie en boter. Schil de appelen, snij ze in plakken en laat ze zacht goudbruin bakken in een antikleefpan met een klontje boter. Haal de kip uit de pan en giet er de cider in. Krab het aangebakken kooknat los en laat de cider voor de helft inkoken op hoog vuur. Voeg er de room, curry en groene peper aan toe. Meng alles goed en leg de kip in de saus. Breng op smaak met peper en zout en laat nog 2 min sudderen. Dien heel warm op met de appelplakjes, bestrooid met peper en de basmatirijst.