1 Schil de wortelen. Snijd de wortelen in reepjes en de bloemkool in schijfjes. Breek de boontjes doormidden. Snijd de spitskool fijn. Pel en snipper de ui. Breng water aan de kook, voeg de boontjes toe en kook ze beetgaar. Giet ze af.
2 Verwarm 2 eetlepels kokosvet in de wok, voeg de wortelen toe en roerbak ze tot ze beetgaar zijn. Voeg de bloemkool toe en roerbak ze mee. Voeg 5 minuten later ook de spitskool toe. Verwarm intussen 2 dl water en los de pindakaas erin op.
3 Verhit de rest van het kokosvet in een andere pan en bak de ui aan. Voeg de pindasaus, het kerriepoeder en de gare boontjes bij de groenten. Kruid met zout.