1 Kook de krieltjes in een laagje water in ca. 15 minuten gaar. Giet ze af.
2 Schil de witte asperges en snijd het onderste stugge stukje (ca. 3 cm) van de witte en de groene asperges af.
3 Kook de asperges in ruim water in 10-15 minuten (afhankelijk van de dikte) gaar en giet ze voorzichtig af.
4 Snijd de kip in 4 plakken. Pluk de blaadjes peterselie van de steeltjes en hak ze fijn. Snijd de bosuitjes in ringetjes.
5 Verhit 15 g Becel in een koekenpan met antiaanbaklaag en bak de kip in ca. 2 minuten per kant bruin en gaar. Breng op smaak met gemalen peper.
6 Verhit 30 g Becel in een kleine koekenpan en bak het amandelschaafsel 1 minuut. Voeg de bosui en een beetje gemalen peper toe en bak nog 30 seconden.
7 Voeg 15 g Becel en de peterselie aan de aardappeltjes toe en verwarm op een laag vuur. Schud de pan goed om. Verdeel de asperges, de kip en de aardappeltjes over 4 borden en schep het amandel-bosuimengsel op de asperges.