1 Schil de appel, verwijder het klokhuis en pitten. Snij hem in heel fijne plakjes.
2 Leg de appelschijfjes op een helft van het deegvierkantje. Strooi er de rozijntjes en de helft van de suiker over. Beleg met vlokjes boter.
3 Vouw de flap toe en druk de randen stevig aan. Las ze met losgeklopte eidooier. Bestrijk de bovenkant van de flap met de rest van de eidooier. Strooi er de rest van de suiker over.