Snipper de ui fijn en snij de bleekselderij in boogjes. Hak de santen grof. Verhit vervolgens de boter in een soeppan en laat de ui glazig fruiten. Voeg de bloem, kerrie en korianderpoeder toe en blijf 2 minuten roeren om de bloem gaar te laten worden. Roer er scheut voor scheut de bouillon door, tot het een gladde soep is. Laat 10 minuten zachtjes koken. De bleekselderij de laatste paar minuten mee laten koken. Roer de santen of de kokosmelk door de soep. Snijd de gewassen appel met schil en al in blokjes en roer ze kort voor het serveren door de soep, zodat de appelstukjes nog hard zijn. Breng op smaak met zout.