1 Meng in een grote kom het gehakt, de sjalot, het ei en het broodkruim. Kruid met de 4-kruidenmengeling, peper en zout. Vorm balletjes. Laat de balletjes even opstijven in de koelkast.
2 Doe de veenbessen en het sap in een steelpan. Roer naar smaak suiker erdoor en laat op een zacht vuur inkoken tot een compôte. Zet opzij.
3 Kook de aardappelen in 20 minuten gaar.
4 Bak de balletjes in een beetje boter in een pan rondomrond mooi bruin, draai het vuur lager en laat de balletjes 10 minuten verder garen.
5 Giet de aardappelen af, voeg de boter en de melk toe en stamp tot een smeuïge puree. Kruid naar smaak met nootmuskaat en zout.
6 Haal de balletjes uit de pan. Blus de pan met room en laat kort inkoken (voor een meer gebonden saus, roer een beetje opgelost maiszetmeel door de saus). Doe de balletjes terug bij de saus en werk af met verse dille.