Doe de boter in een kom. Meng bij beetjes tegelijk de suiker erdoor. Voeg het sinaasappelrasp toe. Meng tenslotte het bakmeel erdoor. Maak van het deeg een bal en verpak deze in plasticfolie. Leg de deegbal 1/2 uur in de ijskast. Verdeel het deeg in 16 gelijke stukjes en maak daar balletjes van. Leg de balletjes met voldoende tussenruimte op de bakplaat. Druk de balletjes met een vork plat. Voorzie elk koekje met behulp van de vork van een streepjespatroon. Bak de koekjes in 15 minuten in het midden van de oven goudbruin. Laat ze afkoelen en bewaar ze in een trommel.