1 Pel de verse garnalen. Kook het afval in 1l water en laat goed inkoken. Zeef de visfumet. Maak er een saus van met de boter en de bloem. Voeg hierbij 2 eigelen en de room. Breng op smaak met peper, zout en wat paprikapoeder. Voeg er de garnalen bij en meng alles goed door elkaar. Dek de schotel af met aluminiumfolie en laat het beslag 2 u in de koelkast rusten. Snij het deeg in stukjes. Klop het eiwit los. Draai de stukjes deeg achtereenvolgens door de bloem, het eiwit en het paneermeel. Frituur ze goudgeel op 180°C.